Citaten 21 t/m 30 van 127.
-
De winter, een rauwe gast, zit bij mij thuis, blauw zijn mijn handen van de handdruk zijner vriendschap.
Origineel:Der Winter, ein schlimmer Gast, sitzt bei mir zu Hause; blau sind meine Hände von seiner Freundschaft Händedruck.
Bron: Aldus sprak Zarathoestra -
Dit lichaam is geen thuis, maar een herberg en ook nog voor heel kort.
-
God bezoekt ons dikwijls, maar meestentijds zijn we niet thuis.
Origineel:Gott ist immer in uns, nur leider sind wir selten zu Hause.
Bron: Predigten -
Soms kom ik uitgeput thuis van het ongedwongen zijn.
-
Velen willen tegenover de buitenwereld voor rijk doorgaan, maar lijden thuis met
mannenmoed honger.Bron: Lof der Zotheid (1511) -
Het merendeel van de mannen heeft thuis geen moeilijkheden omdat ze nooit thuis zijn.
Bron: Paren en onparen (1973) -
Te lelijk voor het strand en te dom voor het museum. Blijf dan lekker thuis.
-
Zelfs Christus aan het kruis had het beter dan ik thuis.
-
De Fransen gaan uit om uit te zijn, maar Nederlanders gaan uit om toch weer de illusie te krijgen dat ze thuis zijn.
-
Een gehuwde filosoof hoort thuis in een komedie.
Origineel:Ein verheirateter Philosoph gehört in die Komödie.
Bron: Zur Genealogie der Moral (1887)
De beste thuis citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 3)