Citaten van A. Schopenhauer

A. Schopenhauer

A. Schopenhauer

Duits filosoof

Leefde van: 1788 - 1860

Categorie: Filosofen Land: FlagDuitsland

Geboren: 22 februari 1788 Gestorven: 21 september 1860

Citaten 101 t/m 110 van 162.

  • Wij bedriegen en vleien niemand door zulke fijne kunstgrepen als onszelf.
    Origineel: Wir betrügen und schmeicheln Niemanden durch so feine Kunstgriffe, als uns selbst.
    Bron: Die Welt als Wille und Vorstellung
    A. Schopenhauer
    - +
    +4
  • Alle genot en alle geluk is van negatieve, de smart daarentegen van positieve aard.
    Origineel: Daß aller Genuß und alles Glück negativer, hingegen der Schmerz positiver Natur ist.
    Bron: Aphorismen zur Lebensweisheit
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • Alle ware en zuivere liefde is mededogen, en elke liefde die geen mededogen is, is egoïsme.
    Origineel: Alle wahre und reine Liebe ist Mitleid, und jede Liebe, die nicht Mitleid ist, ist Selbstsucht.
    Bron: Die Welt als Wille und Vorstellung (1819)
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • De eer is objectief, de mening die anderen over ons hebben, en subjectief, onze angst voor deze mening.
    Origineel: Die Ehre ist objektiv, die Meinung anderer von unserem Wert und, subjektiv, unsere Furcht vor dieser Meinung.
    Bron: Aphorismen zur Lebensweisheit IV
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • De rechterstoel van het nageslacht is, zowel in gunstige als in ongunstige gevallen, het rechtvaardige hof van cassatie van de oordelen der tijdgenoten.
    Origineel: So ist denn der Richterstuhl der Nachwelt, wie im günstigen, so auch im ungünstigen Fall, der gerechte Kassationshof der Urteile der Mitwelt.
    Bron: Parerga und Paralipomena II, 20
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • De verandering zelf is de constante.
    Origineel: Der Wechsel allein ist das Beständige.
    Bron: Aphorismen zur Lebensweisheit (1851) 5: Paränesen und Maximen
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • Duisterheid en onduidelijkheid van uitdrukking is altijd en overal een heel slecht teken.
    Origineel: Dunkelheit und Undeutlichkeit des Ausdrucks ist allemal und überall ein sehr schlimmes Zeichen.
    Bron: Ueber Schriftstellerei und Stil
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • Elke aanval die iemand niet tegen de grond slaat, versterkt hem.
    Origineel: Jeder Angriff, der einen Mann nicht umwirft, stärkt ihn.
    Bron: Brief, aan Dr. Asher. 11 januari 1859
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • Elke verliefdheid, hoe etherisch dit ook lijkt, is altijd geworteld in de geslachtsdrift.
    Origineel: Alle Verliebtheit, wie ätherisch sie sich auch gebärden mag, wurzelt allein im Geschlechtstriebe.
    Bron: Die Welt als Wille und Vorstellung (1819) II, 4, H.44
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
  • Evenals een geneesmiddel zijn doel niet bereikt, als de dosis te sterk is geweest, zo is het met critici, wanneer zij de grens der billijkheid overschrijden.
    Origineel: Wie eine Arznei nicht ihren Zweck erwirkt, wenn die Dosis zu stark gewesen; eben so ist es mit Kritikern, wenn sie das Mass der Gerechtigkeit überschreiten.
    Bron: Parerga und Paralipomena (1851)
    A. Schopenhauer
    - +
    +3
De beste A. Schopenhauer citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 11)

Over A. Schopenhauer

Duits filosoof, was de zoon van een koopman. Zijn moeder (Johanna) en zijn zuster (Adèle) werden bekend als romanschrijfsters. Hij werd door zijn vader voor de handel bestemd, maar na diens zelfmoord in 1805 volgde Schopenhauer zijn eigen wens door in enkele jaren het gymnasiumprogramma in te halen en aan de universiteiten van Göttingen en Berlijn natuurwetenschappen en filosofie te studeren. In 1813 promoveerde hij in Jena en in de daaropvolgende jaren schreef hij zijn hoofdwerk, Die Welt als Wille und Vorstellung, waarna hij in 1820 in Berlijn als privaatdocent werd toegelaten. Door zijn zelfverzekerde en agressieve houding vooral ten opzichte van Georg Wilhelm Friedrich Hegel kreeg hij nauwelijks toehoorders, zodat hij in 1831 bij de cholera-epidemie Berlijn verliet om er nooit meer terug te keren. Hij bleef verder in Frankfurt wonen, waar hij leefde van de erfenis van zijn vader. Pas in 1853 werd hij beroemd, na een artikel over hem in de Westminster Review, dat ook in Duitsland verscheen. Met het politiek gebeuren liet hij zich niet in: zijn uitlatingen hierover doen hem als conservatief en antirevolutionair kennen.