Citaten van Ouida

Ouida

Ouida

Engels schrijfster (ps van Maria Louise Ramé)

Leefde van: 1839 - 1908

Categorie: Schrijvers (Hedendaags) Land: FlagVerenigd Koninkrijk

Geboren: 1 januari 1839 Gestorven: 25 januari 1908

Citaten 11 t/m 16 van 16.

  • Laster is als de hulde onzer tijdgenoten; evenals sommige Zuidzee-eilanders spuwen op hem, wie zij eer willen bewijzen.
    Origineel: Calumny is the homage of our contemporaries, as some South Sea Islanders spit on those they honour.
    Bron: Friendship (1878)
    Ouida
    - +
    +1
  • Neem alle hoop weg uit een mens zijn hart, en je maakt hem tot een roofdier.
    Origineel: Take hope from the heart of man, and you make him a beast of prey.
    Bron: A village commune
    Ouida
    - +
    +1
  • Ouderdom is niets anders dan de dood met een bewustzijn.
    Origineel: Age is nothing but death that is conscious.
    Bron: Under Two Flags
    Ouida
    - +
    +1
  • Eerst moet men bidden, maar daarna moet men zichzelf helpen. God geeft niet om lafaards.
    Origineel: One must pray first, but afterwards one must help oneself. God does not care for cowards.
    Bron: Wanda, Countess Von Szalras (1883)
    Ouida
    - +
     0
  • Plezier is slechts arbeid voor hen die niet weten dat arbeid op haar beurt plezier is.
    Origineel: Pleasure is but labour to those who do not know also that labour in its turn is pleasure.
    Bron: Tricotrin
    Ouida
    - +
     0
  • Verveling is de meest verschrikkelijke en krachtigste vijand die de liefde ooit is tegengekomen.
    Origineel: Tedium is the most terrible and the most powerful foe love ever encounters.
    Bron: Wanda, Countess Von Szalras (1883)
    Ouida
    - +
     0
De beste Ouida citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 2)

Over Ouida

Ouida (Bury St. Edmunds, Engeland, 1 januari 1839 - Viareggio, Italië, 25 januari 1908) was het pseudoniem van de Engelse romanschrijfster Maria Louise Ramé.
Haar eerste werken waren korte verhalen die werden gepubliceerd in het tijdschrift Bentley's Miscellany. Zij schreef vervolgens een 40-tal romans, waaronder kinderboeken, en essays. Zij was een dierenrechtenactiviste en had zelf vele honden.
Aanvankelijk woonde zij in Londen, waar zij jarenlang een extravagant leven leidde. Zij omgaf zich met talloze bloemenboeketten en schreef het liefst in bed, bij kaarslicht, met een ganzenveer op violetkleurig papier. In het hotel waar zij verbleef organiseerde ze salons, waarop zij militairen, politici en kunstenaars uitnodigde.
Zij oefende, ook in haar boeken, kritiek op de politiek en de samenleving van haar tijd, en had het idee dat zij, via haar boeken en de personen die zij ontving, invloed kon uitoefenen op de (internationale) politiek.
Haar werk was zeer succesvol. Hoewel zij niet wordt beschouwd als een goed romanschrijfster, was zij wel een talentvol verhalenvertelster. Rond 1874 verhuisde zij naar Italië. Zij bleek niet goed met haar geld overweg te kunnen en zij overleed in armoede.

Bron Wikipedia