Citaten uit Les pensées et maximes inédites van Jacques Bénigne Bossuet

Citaten 1 t/m 1 van 1.

  • Het leven is een donkere nacht, waarin we druk zijn op zoek naar fakkels die ons naar het schemerige licht kunnen leiden.
    Origineel: La vie est une nuit profonde, pendant laquelle nous sommes occupés à chercher des flambeaux pour nous conduire à leur faible lueur
    Bron: Les pensées et maximes inédites (1704)
    Jacques Bénigne Bossuet
    - +
     0
De beste Les pensées et maximes inédites van Jacques Bénigne Bossuet citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.

Over Jacques Bénigne Bossuet

Jacques-Bénigne Bossuet (Dijon, 27 september 1627 - Parijs, 12 april 1704) was een Frans bisschop en schrijver, vooral bekend vanwege zijn preken ("sermons") en lijkredes ("Oraisons Funèbres").

Bossuet stamt uit een magistratenfamilie en volgde zijn eerste opleiding bij de Jezuïeten te Dijon waar hij het Latijn en Grieks onder de knie kreeg. Op 15-jarige leeftijd trok hij naar Parijs om zijn studies te voltooien met filosofie en theologie. Daarnaast kwam hij ook met de profane literatuur van o.a. Pierre Corneille in contact. Hij werd diaken in Langres en publiceerde zijn eerste traktaat over de vergankelijkheid van het leven in 1648. Verder werd hij doctor in de theologie in 1652 en kreeg hij hoge kerkelijke functies in Sarrebourg en Metz.

Bossuet werd vooral bekend van zijn wekelijkse preken, waar veel volk op af kwam, en niet alleen gelovigen. Puur om zijn literaire kwaliteiten werden zijn preken gevolgd. Zijn "Oraisons funèbres" (lijkredes) werden na zijn dood als literair werk uitgegeven. In de Franse literatuurgeschiedenis staan ze op het niveau van Cicero.

In 1657 preekte hij voor het eerst aan het hof van Lodewijk XIV van Frankrijk en door de jaren heen zou hij uitgroeien tot een van de belangrijkste theologen van Lodewijks XIV. Zo legde hij ook de theologische basis voor het absolutisme en het droit divin en werd daarvoor door de koning beloond met een bisdom. Hij was bisschop van Meaux van 1681 tot 1704 en hij werd begraven in de kathedraal van Meaux. Van Voltaire kreeg hij de bijnaam l'aigle de Meaux (de arend van Meaux), omdat hij Lodewijk XIV in de ogen durfde kijken terwijl hij preekte over de toen heersende immoraliteit.

Bron Wikipedia