Citaten uit Ästhetische Theorie van Theodor Adorno

Citaten 1 t/m 2 van 2.

• De burger wil dat de kunst overvloedig is en het leven ascetisch, doch omgekeerd zou beter zijn.

  Origineel: Der Bürger wünscht die Kunst üppig und das Leben asketisch; umgekehrt wäre es besser.

  Bron: Ästhetische Theorie

  ― Theodor Adorno
  

  - +

   0
• Kunst wil dat, wat er nog niet was, maar alles, wat het is, was er al.

  Origineel: Kunst will das, was noch nicht war, doch alles, was sie ist, war schon.

  Bron: Ästhetische Theorie

  ― Theodor Adorno
  

  - +

   0

Over Theodor Adorno

Theodor Ludwig Wiesengrund Adorno (Frankfurt am Main, 11 september 1903 Visp (Zwitserland), 6 augustus 1969) was een Duits socioloog, filosoof, musicoloog, componist en literatuurcriticus.

Theodor W. Adorno studeerde aan de Universiteit van Oxford en profileerde zich al vroeg als socioloog. Daarnaast was hij hoofdzakelijk een filosofisch denker. Het etiket "sociaal filosoof" benadrukt het sociaal-kritisch aspect van zijn filosofisch denken, dat vanaf 1945 een intellectueel prominent standpunt werd binnen de kritische theorie van de Frankfurter Schule.

Zijn bekendste werk, De dialectiek van de verlichting, schreef hij samen met Max Horkheimer. Daarin beschreven zij hoe de Verlichting, die staat voor rationaliteit en vooruitgangsgeloof, omsloeg in haar tegendeel, en hoe de natuurdwang gereproduceerd wordt in beheersingsdwang. Als voorbeeld verwezen ze naar de holocaust.
De filosofie van Adorno is niet zozeer een positief systeem, maar meer een kritiek op bestaande systemen. Hij richtte zich met name tegen de repressieve kapitalistische maatschappij (hoewel hij de communistische niet als beter beschouwde). De kapitalistische maatschappij is in Adorno's ogen een maatschappij van gelijkschakeling en gelijkvormigheid waarin het niet-identieke wordt onderdrukt.

Uit Wikipedia

Citaten.NET