Zoek binnen de citaten van Anne Frank naar deze woorden:
Citaten 11 t/m 20 van 27.
-
Maar één ding weet ik nu en dat is dit: je leert de mensen pas goed kennen, als je een keer echte ruzie met ze gemaakt hebt. Pas dan kan je hun karakter beoordelen!
Het achterhuis - 28 september 1942― Anne Frank -
Wij leven allen met het doel gelukkig te worden, wij leven allen verschillend en toch gelijk.
Het achterhuis - 6 juli 1944― Anne Frank -
Vroeger betreurde ik het altijd dat ik in 't geheel niet tekenen kon, maar nu ben ik overgelukkig dat ik tenminste schrijven kan.
Het achterhuis― Anne Frank -
Men kan zeggen, je moet je mond houden, maar geen oordeel hebben bestaat niet.
Het achterhuis - 2 maart 1944― Anne Frank -
Ouders kunnen alleen raad of goede aanwijzingen meegeven, de uiteindelijke vorming van iemands karakter ligt in zijn eigen hand.
Het achterhuis - 15 juli 1944― Anne Frank -
Ik laat het er op aankomen en doe niets anders dan leren en op een goed einde hopen.
Het achterhuis - 3 februari 1944― Anne Frank -
Ik moet iets hebben naast man en kinderen waar ik me aan wijden kan! O ja, ik wil niet zoals de meeste mensen voor niets geleefd hebben. Ik wil van nut of plezier zijn voor de mensen, die om mij heen leven en die mij toch niet kennen.
Het achterhuis - 5 april 1944― Anne Frank -
Ik weet dat ik kan schrijven. Een paar verhaaltjes zijn goed, m'n Achterhuisbeschrijvingen humoristisch, veel uit mijn dagboek spreekt, maar... of ik werkelijk talent heb, dat staat nog te bezien.
Het achterhuis 4 april 1944― Anne Frank -
Als ik een boek lees, dat indruk op me maakt, moet ik in mezelf grondig orde scheppen, alvorens me onder de mensen te begeven, anders zou men van mij denken dat ik een wat rare geest had.
Het achterhuis - 8 november 1943― Anne Frank -
Fraai volk, de Duitsers. En daar behoorde ik ook eens toe!
Het achterhuis - 9 oktober 1942― Anne Frank
De beste Het achterhuis van Anne Frank citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 2)