Citaten uit Winterloof. Poëzij van Antoni C. W. Staring

  • De meester, in zijn wijsheid, gist; 
De leerling, in zijn waan, beslist.
  • De rijpe kennis hoort, de onrijpe neemt het woord.
  • Wees Gal noch Brit, wees Nederlander.
  • Sikkels klinken
Sikkels blinken
Ruisend valt het graan
Zie de bindster gaâren!
Zie, in lange scharen,
Garf bij garven staan.
  • Vrij is hij, die, zonder morrend klagen, het onverkrijgbare missen kan.
  • Schijnt anderen wat u krom scheen recht, heet niemand dadelijk dom of slecht.
  • Het geluk is veil voor zweet noch zorgen, het ontvlucht hem die naar hoger staat, maar toeft, in het schuilend dal verborgen, als huisgenoot, bij Middelmaat.
  • Het is naarstigheid, die vroege kennis gaart; ervaring is 't, die spade wijsheid baart.
  • Nooit werd er leer verbreid, of, bij haar volgelingen, schoot soms de drift haar doel voorbij.
+6

Citaten 1 t/m 1 van 1.

  • Wat de ziel bewoog, was uit het oog gelezen.
    Winterloof. Poëzij (1832)
    Antoni C. W. Staring
    - +
    +3
De beste Winterloof. Poëzij van Antoni C. W. Staring citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.

Bekijk alle citaten van Antoni C. W. Staring

Boeken van Antoni C. W. Staring: