Citaten 21 t/m 30 van 116.
-
De blindsten zijn zij, die zich verbeelden te zien.
Origineel:Die Blindesten sind sie, welche zu sehen glauben.
Bron: Aphorismen (1918)― Ernst Hohenemser -
De moed van de meeste mensen is niets anders dan de vrees laf te schijnen.
Bron: Aphorismen (1918)― Ernst Hohenemser -
De waarheid gaat ten gronde aan datgene, waarvan de dwaling leeft; de bijval der wereld.
Bron: Aphorismen (1918) 1125― Ernst Hohenemser -
De wijze leert meer uit een domme vraag dan de domme uit een verstandig antwoord.
Bron: Aphorismen (1918) 1057― Ernst Hohenemser -
De ziel van de eenzame is een doolhof.
Bron: Aphorismen (1918)― Ernst Hohenemser -
Drie vierde van alle kritiek spruit voort uit de begeerte om te schitteren: kritiek is eigen lof langs een omweg.
Bron: Aphorismen (1918)― Ernst Hohenemser -
Een mens zonder gebreken zou wanhopig vervelend zijn; gelukkig bestaat die soort alleen op grafzerken.
Bron: Aphorismen (1918)― Ernst Hohenemser -
Hadden wij maar altijd genoeg kritiek om in te zien, hoeveel dogmatisme er in ons zit!
Bron: Aphorismen (1918) 57― Ernst Hohenemser -
Het slechte geweten - is eigenlijk juist het goede geweten.
Bron: Aphorismen (1918)― Ernst Hohenemser -
Liefde bewijst voor alles dat het niet op de dingen aankomt, maar op de voorstelling die wij ervan hebben.
Bron: Aphorismen (1918)― Ernst Hohenemser