Citaten uit Kelders en paleizen van Ferdinand Bordewijk

Citaten 1 t/m 2 van 2.

  • Wie de stem van meneer de Gijs even hoorde kon zich niet voorstellen dat hij ooit honger zou kunnen lijden, want hij had een aardappel in zijn keel
    Bron: Kelders en paleizen (1982)
    Ferdinand Bordewijk
    - +
    +3
  • Hij was een van degenen die, als ze een blik in hun binnenste gunnen, bij ons de vraag doen rijzen: zou de heelalstructuur niet minder ingewikkeld zijn dan de menselijke, dan sommige menselijke althans?
    Bron: Kelders en paleizen (1982)
    Ferdinand Bordewijk
    - +
     0
De beste Kelders en paleizen van Ferdinand Bordewijk citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.

Over Ferdinand Bordewijk

Ferdinand Bordewijk (Amsterdam, 10 oktober 1884 – Den Haag, 28 april 1965), auteursnaam F. Bordewijk, was een Nederlands schrijver van romans, novellen, toneel, prozagedichten, parodieën, grafredes en kritieken. Zijn beroep was advocaat.
Hij is vooral bekend van het trio korte werken Blokken (1931), Knorrende beesten (1933) en Bint (1934), en van de roman Karakter (1938), welke laatste in 1997 door Mike van Diem verfilmd werd. Zelf vond Bordewijk de roman Noorderlicht (1948) zijn beste boek.

Hij ontving in 1953 de P.C. Hooft-prijs voor twee werken: de novellenbundel Studiën in volksstructuur (1951) en de roman De doopvont (1952).
De Vijverbergprijs van de Jan Campertstichting werd in 1979 omgedoopt tot Bordewijkprijs. F. Bordewijk geldt met Simon Vestdijk als de belangrijkste Nederlandse prozaïst van zijn generatie.

Bron Wikipedia