Citaten uit Schopenhauer als Erzieher van Friedrich Nietzsche

Citaten 1 t/m 3 van 3.

  • Eén enkele weg is er op de wereld, die niemand kan gaan dan gij. Vraag niet waarheen hij leidt, ga hem!
    Origineel: Es gibt in der Welt einen einzigen Weg, auf welchem niemand gehen kann, außer dir: wohin er führt? Frage nicht, gehe ihn.
    Bron: Schopenhauer als Erzieher
    Friedrich Nietzsche
    - +
    +17
  • Lot, ik volg je vrijwillig, want als ik dit niet zou doen, zou ik het met tranen moeten doen!
    Origineel: Schicksal ich folge dir freiwillig, denn täte ich es nicht, müßte ich es ja doch unter Tränen tun!
    Bron: Schopenhauer als Erzieher (1874)
    Friedrich Nietzsche
    - +
    +2
  • Ik had gelijk vertrouwen in Schopenhauer en is nu na negen jaar nog steeds hetzelfde. Ik begreep hem alsof hij voor mij had geschreven.
    Origineel: Mein Vertrauen zu Schopenhauer war sofort da und ist jetzt noch dasselbe wie vor neun Jahren. Ich verstand ihn, als ob er für mich geschrieben hätte.
    Bron: Schopenhauer als Erzieher (1874)
    Friedrich Nietzsche
    - +
    +1
De beste Schopenhauer als Erzieher van Friedrich Nietzsche citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.

Over Friedrich Nietzsche

Nietzsche werd in 1844 geboren in een dorpje nabij Leipzig. Hij groeide op in een zeer vroom gezin: zijn vader was dominee en zijn moeder kwam uit een domineesfamilie. Na de dood van zijn vader in 1849 verhuisde Nietzsche met zijn moeder en zusje naar Naumburg, alwaar hij in 1854 naar het gymnasium ging. In 1864 begon hij met studeren aan de universiteit van Bonn. Al tijdens zijn schooltijd had Nietzsche een grote belangstelling voor de klassieke oudheid. Aan de universiteit van Leipzig leerde hij het werk van Schopenhauer kennen, die een grote invloed op Nietzsche heeft gehad. Nietzsche werd in 1870 gevraagd hooglereaar in de klassieke filologie te worden aan de universtiteit van Basel. Door een verslechterende gezondheid was hij in 1877 genoodzaakt te stoppen met werken. De toelage die hij ontving van de universiteit stelde hem desondanks in staat om aan zijn boeken te werken. Op 45 jarige leeftijd, stortte hij, tijdens een verblijf in een pension in Turijn, geestelijk in. Hij leek ieder besef van realiteit verloren te hebben. Tot zijn dood in 1900 bleef hij in deze toestand: hij zou niet meer genezen. Dat zijn zuster Elizabeth, een fervent nationaal-socialist, hierdoor verantwoordelijk werd voor zijn nalatenschap heeft zijn imago geen goed gedaan.