Citaten uit Ars poetica van Horatius

Ars poetica - Horatius

Epistula ad Pisones ('Brief aan de Pisonen'), sinds Quintilianus bekend als Ars poetica ('Verhandeling over de dichtkunst'), is een brief van Horatius uit ca. 12 v.Chr over de dichtkunst. De verhandeling heeft grote invloed gehad en is het directe voorbeeld geweest voor L'Art Poetique van Nicolas Boileau (1636-1711). Hoewel het voor Horatius zelf om een brief als alle andere ging, is het epistel 'voor latere dichtergeneraties u2013 ook nog in de nieuwere tijd u2013 tot een evangelie geworden en meer dan één treffende formulering eruit hoort nog steeds tot de citatenschat der geletterde wereld.' Centraal staat volgens classicus Hein van Dolen de relatie poëzie-dichter, volgens zijn collega G.J.M. Bartelink de literaire kritiek. Het gaat niet om een volledig leerdicht, maar betreft een reeks voorschriften met een vrij losse samenhang, onder andere over de artistieke eenheid, stijl, oorspronkelijkheid en navolging, de betekenis van talent en van het onvermoeibaar polijsten van een dichtwerk.


Bestel dit boek bij bol.com

  • Door geduld wordt lichter te dragen hetgeen niet te veranderen is.
  • Heb de moed om verstandig te zijn.
  • Houd elke dag die aanbreekt voor je laatste.
  • De valse schaamte der dwazen belet hen hun zweren te ontbloten, zodat zij ongenezen blijven
  • Bewaar uw kalmte in moeilijke omstandigheden.
  • De deugd van de ouders is een groot erfgoed.
  • Denk er om in hachelijke omstandigheden uw kalmte te bewaren.
  • Ik haat het mindere volk en houdt het op een afstand.
  • De naakte waarheid.
  • De bleke dood klopt zonder onderscheid aan de hutten der armen en de burchten der koningen.
  • Men leert sneller en onthoudt liever, wat men bespot, dan wat men goedkeurt en eert.
  • Het begin der wijsheid is, van dwaasheid vrij te zijn.
  • De goden gaven u rijkdom en de kunst er van te genieten.
  • Het een heeft de hulp van de ander nodig en beide werken vriendschappelijk samen.
  • Beschouw elke dag, die voor u aanbreekt, als de laatste; het uur, waarop gij niet gehoopt hebt, zal u dan een welkome verrassing zijn.
  • Ik jaag niet naar de bijval der menigte, veranderlijk als de wind.
  • Koning Rijkdom schenkt zowel geboorte als schoonheid.
  • Schilders en dichters hebben altijd de vrijheid gehad om te ondernemen wat zij wilden.
  • Tussen een zuinig mens en een vrek is een groot onderscheid.
  • Er is in alle dingen een maat; er zijn tenslotte zekere grenzen, waarbuiten wat goed is niet bestaan kan.
+17

Citaten 1 t/m 10 van 22.

  • Bedenk lang, wat uw schouders kunnen dragen en wat niet.
    Bron: Ars poetica 39
    Horatius
    - +
    +5
  • Door de schijn van het goed worden wij bedrogen.
    Bron: Ars poetica 7, 2
    Horatius
    - +
    +5
  • Schilders en dichters hebben altijd de vrijheid gehad om te ondernemen wat zij wilden.
    Bron: Ars poetica 9
    Horatius
    - +
    +5
  • Het zien gaat boven het zeggen.
    Bron: Ars poetica 180
    Horatius
    - +
    +4
  • Houd wat gij schrijft tot het negende jaar in portefeuille.
    Origineel: Nonum prematur in annum.
    Bron: Ars poetica 889
    Horatius
    - +
    +4
  • De grammatici strijden er over, en de zaak is nog onbeslist.
    Bron: Ars poetica 78
    Horatius
    - +
    +3
  • Een trouw vertaler moet niet woordelijk vertalen.
    Bron: Ars poetica 133
    Horatius
    - +
    +3
  • Versregels zonder inhoud, zangerige nietigheden.
    Bron: Ars poetica 322
    Horatius
    - +
    +3
  • Wat gij ook onderwijst; wees kort.
    Bron: Ars poetica 335
    Horatius
    - +
    +3
  • Wat men verzint om te vermaken zij zo dicht mogelijk bij de waarheid.
    Bron: Ars poetica 338
    Horatius
    - +
    +3
De beste Ars poetica van Horatius citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.

Over Horatius

Horatius werd geboren op 8 december 65 v.Chr. Zijn vader, Flaccus, was een vrijgelaten gemeenteslaaf in de Romeinse kolonie Venusia, zijn moeder is niet bekend, waarschijnlijk stierf ze bij of kort na zijn geboorte. Op zijn tiende ging hij met zijn vader naar Rome. Daar kreeg hij een uitstekende opvoeding.In 45 v.Chr. ging hij naar Athene, om zich er te verdiepen in de Griekse cultuur en de wijsbegeerte. Daar ontmoette hij Marcus Brutus, die pas Caesar had vermoord en daar jonge Romeinse soldaten aan het ronselen was voor de strijd tegen Octavianus en Antonius. Hij sloot zich bij hem aan en nam deel aan de veldslag bij Philippi in 42 v.Chr., die werd verloren. Dankzij amnestie kon hij naar Rome terugkeren, waar intussen zijn vader overleden was en zijn erf verbeurd verklaard was. Zijn literair talent werd snel opgemerkt, en rond 38 v.Chr. werd hij opgenomen in de literaire kring rond Maecenas. Deze schonk hem in 33 v.Chr. een landgoed in de Sabijnse bergen. Daar zou hij zich bijna voor de rest van zijn leven bezighouden met zijn poëzie. In 8 v.Chr. stierf Maecenas, en enkele maanden later, op 27 november 8 v.Chr. overleed Horatius ook. Hij werd begraven naast Maecenas en liet zijn bezittingen aan de keizer na.