Citaten uit Faust I van Johann Wolfgang von Goethe

Faust I - Johann Wolfgang von Goethe

Faust is de titel van misschien wel het bekendste werk van de Duitse literaire schrijver Johann Wolfgang von Goethe, ge%Efnspireerd op de zestiende-eeuwse medicus Johann Faust en de van deze persoon afgeleide (en vooral door Goethes werk tot ontwikkeling gekomen) Faustlegende. Goethes Faustvertelling is weliswaar het bekendste op de Faustlegende gebaseerde literaire werk, maar er bestonden eerdere literaire bewerkingen van dezelfde stof. Van 1588 tot 1592 schreef Christopher Marlowe bijvoorbeeld The tragical history of Dr. Faustus. Faust en Goethe maakten een vrijwel parallelle ontwikkeling door, waarmee niet gezegd is dat het boek autobiografisch is, als wel dat het een goede representant is van Goethes intellectuele ontwikkeling. Tussen zijn twintigste levensjaar en zijn dood werkte Goethe met tussenpozen aan zijn magnum opus Faust, dat hij op de valreep, vlak voor zijn dood, afmaakte. De vroegste versie van zijn werk, de Urfaust (in het Nederlands ook de Oer-Faust genoemd), kwam tot stand tussen 1772 en 1775 en werd pas in 1887 voor het eerst gepubliceerd.


1801
Bestel dit boek bij bol.com

Citaten 1 t/m 10 van 57.

  • Ach God! De kunst is lang,
    En kort is ons leven.
    Origineel: Ach Gott! Die Kunst ist lang, Und kurz ist unser Leben.
    Bron: Faust I (1801)
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +82
  • Alleen die geven kan is vrolijk.
    Origineel: Nur der ist froh, der geben mag.
    Bron: Faust I (1801)
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +64
  • Grauw, waarde vriend, is alle theorie,
    En groen de gouden boom des levens.
    Origineel: Grau, teurer Freund, ist alle Theorie, Und grün des Lebens goldner Baum.
    Bron: Faust I 1808
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +29
  • Gij evenaart de geest die gij begrijpt.
    Origineel: Du gleichst dem Geist, den du begreifst.
    Bron: Faust I (1808)
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +17
  • Ik ben te oud om alleen maar te spelen,
    Te jong om zonder wensen te zijn.
    Origineel: Ich bin zu alt, um nur zu spielen, Zu jung, um ohne Wunsch zu sein.
    Bron: Faust I (1801)
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +16
  • Tracht slechts de mensen in de war te brengen; ze te bevredigen is moeilijk.
    Origineel: Suche nur die Menschen zu verwirren, sie zu befriedigen ist schwer.
    Bron: Faust I (1801)
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +16
  • Een goed mens is in zijn duister streven, zich altijd toch de rechte weg bewust.
    Origineel: Ein guter Mensch in seinem dunklen Drange Ist sich des rechten Weges wohl bewußt.
    Bron: Faust I Prolog im Himmel
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +15
  • Blijf nog wat, je bent zo mooi.
    Origineel: Verweile doch, du bist so schön!
    Bron: Faust I (1801)
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +11
  • Met deze drank in het lijf zie je weldra in iedere vrouw een Helena.
    Origineel: Du siehst, mit diesem Trank im Leibe, Bald Helenen in jedem.
    Bron: Faust I (1801) Hexenküche
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +10
  • Als jullie dat niet aanvoelen, zullen jullie 't nooit snappen.
    Origineel: Wenn ihr's nicht gefült, ihr werdet's nichts erjagen.
    Bron: Faust I (1801)
    Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +9
De beste Faust I van Johann Wolfgang von Goethe citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.

Over Johann Wolfgang von Goethe

Goethe wordt op 28 augustus 1749 geboren als zoon van Johann Caspar Goethe en Katharina Elisabeth Textor. Op zijn 16e verhuist hij naar Leipzig alwaar hij Rechten gaat studeren. Op zijn 19e wordt hij echter ernstig ziek en keert terug naar Frankfurt. Twee jaar later begint hij wederom met Rechten, maar nu in Straatsburg. Hier ontmoet hij kunstenaars en schrijvers en enkele jaren later publiceert hij zijn eerste roman: Die Leiden des jungen Werthers. Hij wordt uitgenodigd door de Hertog Van Saksen-Weimar naar Weimar te komen waar hij een groot deel van zijn leven zal blijven wonen. In 1788 gaat hij met zijn vriendin Christiane Vulpius samenwonen en ze krijgen een zoon, August. Pas in 1806 trouwt hij met haar. Lang duurt dit niet, want hetzelfde jaar nog overlijdt zij. Twee jaar na de dood van zijn vrouw voltooit hij het eerste deel van zijn beroemdste werk: Faust. Het tweede deel wordt pas na zijn dood in 1832, gepubliceerd. Hij is 82 jaar oud geworden.