Citaten uit Wilhelm Meisters Lehrjahre van Johann Wolfgang von Goethe

Citaten 11 t/m 20 van 21.

 Vorige 1 2 3 Volgende 
  • Het lied, dat uit de keel dringt, is loon dat rijkelijk beloond wordt.
    Origineel: Das Lied, das aus der Kehle dringt, ist Lohn, der reichlich lohnet.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre 2, 11 Der Sänger
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
    +1
  • Als ik aan God dacht, voelde ik mij vrolijk en gelukkig.
    Origineel: Wenn ich an Gott dachte, war ich heiter und vergnügt.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 6. Buch, Bekenntnisse einer schönen Seele
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • Dat wat je niet uitspreekt, daar denk je niet echt over na.
    Origineel: Was man nicht bespricht, bedenkt man nicht recht.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 7, 6
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • De mensen die veel belang hechten aan tuinen, gebouwen, kleding, sieraden of andere bezittingen zijn minder sociaal en gezellig; ze verliezen de mensen uit het oog.
    Origineel: Die Menschen, die einen großen Wert auf Gärten, Gebäude, Kleider, Schmuck oder irgendein Besitztum legen, sind weniger gesellig und gefällig; sie verlieren die Menschen aus den Augen.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 2. Buch, 4. Kap., Wilhelm zu Philine
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • De mensheid vreest niets meer dan het verstand; Ze moeten bang zijn voor de domheid!
    Origineel: Das Menschenpack fürchtet sich vor nichts mehr als vor dem Verstande; vor der Dummheit sollten sie sich fürchten!
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 7. Buch, 3. Kap., Jarno zu Wilhelm
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • Een gedicht moet ofwel uitstekend zijn, ofwel niet eens bestaan.
    Origineel: Ein Gedicht soll entweder vortrefflich sein oder gar nicht existieren.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 2. Buch, 2. Kap., Wilhelm zu Werner
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • Het waren intelligente, geestige, levendige mensen die duidelijk begrepen dat de som van ons bestaan, verdeeld door de rede, nooit zuiver zou zijn, maar dat er altijd een vreemde fractie zou blijven bestaan.
    Origineel: Es waren verständige, geistreiche, lebhafte Menschen, die wohl einsahen, daß die Summe unsrer Existenz, durch Vernunft dividiert, niemals rein aufgehe, sondern daß immer ein wunderlicher Bruch übrigbleibe.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 4, 18
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • Je kunt nooit vroeg genoeg ervaren hoe onmisbaar je bent in de wereld.
    Origineel: Man kann die Erfahrung nicht früh genug machen, wie entbehrlich man in der Welt ist.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 7. Buch, 8. Kap., Wilhelm zu Madame Melina
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • Vriendschap is ondenkbaar zonder opoffering.
    Origineel: Ohne Aufopferung läßt sich keine Freundschaft denken.
    Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795) 8. Buch, 4. Kap., Wilhelm zu Jarno
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
  • Wie heeft geleden zoals ik, heeft het recht vrij te zijn.
    Origineel: Wer gelitten hat wie ich, hat das Recht, frei zu sein.
    In: 8 - Wilhelm Meisters Lehrjahre (1795)
    ― Johann Wolfgang von Goethe
    - +
     0
 Vorige 1 2 3 Volgende 
De beste Wilhelm Meisters Lehrjahre van Johann Wolfgang von Goethe citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 2)

Bekijk alle citaten van Johann Wolfgang von Goethe

Populaire trefwoorden

Populaire auteurs