Marcus Aurelius
Romeins keizer
Leefde van: 121 - 180
Categorie: Politiek Land: Rome
Geboren: 25 april 121 Gestorven: 16 maart 180
Over Marcus Aurelius
Marcus Aurelius is geboren op 20 april 121. Hij trouwde in 145 met de dochter van de latere keizer Pius. Zestien jaar later, in 161, werd hij zelf keizer. Zijn regeertijd wordt gekenmerkt door twee thema's. Ten eerste de toenemende dreiging van "barbaarse" volkeren in het noorden, en een grote betrokkenheid met zijn onderdanen, met name de armen. Zijn legioenen slaagden erin om de aanvallen van de Parthesiers (166) en de Germanen (167) af te slaan. Tussen deze oorlogen in voerde hij hervormingen door. In 176 ging hij opnieuw naar de noordelijke grens van het Keizerrijk met de bedoeling deze te verleggen naar de Vistula rivier. Hij overleed in 180 als gevolg van de pest in het huidige Wenen, nog voordat hij aan zijn invasie kon beginnen. Hij toonde in zijn regeertijd een grote betrokkenheid met de armen in het Rijk en richtte scholen, weeshuizen en ziekenhuizen op. Daarentegen was hij meedogenloos bij de vervolging van de Christenen, die hij als een grote bedreiging van het Rijk zag, vooral doordat hun weigering van de staatsgodsdienst een grote bron van verzet kon worden. Vervolging is altijd een teken van zwakte en ook hierin wordt duidelijk dat de superieuriteit van het Romeinse Rijk tanende was.
Bestel Marcus Aurelius boeken bij bol.com:
Citaten 1 t/m 4 van 4.
-
Zoals een molensteen alle soorten graan kan vermalen, zo moet een sterke ziel in staat zijn alle gebeurtenissen te accepteren.
― Marcus Aurelius -
Nergens kan een mens zich rustiger en ongestoorder terugtrekken dan in zijn eigen ziel.
Ta eis heauton IV, 3― Marcus Aurelius -
In een mensenleven is de tijd slechts een moment, het bestaan een continue stroming, het verstand een zwak nachtpitje, het lichaam een prooi voor de wormen, de ziel een onrustige maalstoom, het lot duister en de reputatie twijfelachtig.
― Marcus Aurelius -
Degene die de aandacht niet richt op wat zich afspeelt in de ziel van een ander, is niet ongelukkig; maar zij die de roerselen in hun eigen ziel niet nauwlettend volgen, moeten wel ongelukkig zijn.
Ta eis heauton II, 8― Marcus Aurelius