Citaten 1 t/m 4 van 4.
-
Geen zonne nu, geen vlindervlucht,
geen blommen meer die blinken;
maar blâren die, verwelkerd, uit
de hooge boomen zinken.Bladerval (1898) -
De boomen dorren in het laat seizoen,
En wachten roerloos den nabijen winter.Verzen (1894) -
Heele zomernachten stonden we tegen 't hek van 't Oosterpark te leunen en honderd uit te boomen.
Titaantjes (1915) -
Door den heel stillen nacht ben ik gekomen:
De vlakte één zalig rusten, één zoet droomen.
Strak, hooggericht, de zilveren takken zwaar
Van dauwgedrup stonden de boomen daar
Stiller dan al wat neêrlei, stilst van al -
Als had de Nacht hen bij zijn zachten val
Verrast midden in d'arbeid.
Manestroomen
Teerzacht... en altijd meer... en overal,
Totdat de omblauwde ruimte leek een hal
Voor hooge goden, die wel wilden dalen
Op die sneeuwrustig witte manestralen.
Een ommegang van glans, van teedren vrede.
- De blank verreinde stilte in gebede...Serena: gedichten (1898) Stille nacht
De beste boomen citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.