Citaten met persoons-goden

Citaten 41 t/m 50 van 128.

  • Jean Cocteau De mysterie heeft zijn eigen mysteries. Er zijn goden boven goden. Wij hebben de onze, zij hebben die van hen. Dat is wat bekend staat als oneindigheid.
    Origineel: Le mystère a ses mystères. Les Dieux possèdent leurs dieux. Nous avons les nôtres, ils ont les leurs. C'est ce qui s'appelle l'infini.
    Jean Cocteau
    Frans schrijver (1889 - 1963)
    - +
    +4
  • Terry Pratchett In vroegere tijden werden katten aanbeden als goden; ze zijn dat niet vergeten.
    Origineel: In ancient times cats were worshipped as gods; they have not forgotten this.
    toegeschreven
    Terry Pratchett
    Engels schrijver van humoristische fantasy boeken (1948 - 2015)
    - +
    +4
  • Seneca Niemand komt mij ongelukkiger voor dan de man, wie nooit een ongeluk is overkomen. Hij is niet in de gelegenheid geweest zijn krachten te beproeven; de goden hebben een veroordelend vonnis over hem uitgesproken. Hij is hun onwaardig voorgekomen om de fortuin te overwinnen.
    Seneca
    Romeins filosoof, staatsman en toneelschrijver (5 v. Chr. - 65)
    - +
    +4
  • Publius Papinius Statius Vooral angst heeft goden in de wereld gebracht.
    Origineel: Primus in orbe deos fecit timor.
    Publius Papinius Statius
    Romeins dichter (45 - 96)
    - +
    +4
  • Joseph Campbell Computers zijn als goden van het Oude Testament; veel regels en geen genade.
    Origineel: Computers are like Old Testament gods; lots of rules and no mercy.
    Joseph Campbell
    Amerikaans hoogleraar mythologie en schrijver (1904 - 1987)
    - +
    +3
  • Thomas Carlyle De gedachte, dat de vrijheid van een mens zou bestaan in zijn stem te geven bij verkiezingen, en te zeggen: "Zie, ik heb ook mijn twintigduizendste deel van een spreker in onze nationale vergadering, zullen alle goden mij nu niet gunstig gezind zijn?", deze is het meest plezierig.
    Origineel: The notion that a man’s liberty consists in giving his vote at election-hustings, and saying, “Behold, now I too have my twenty-thousandth part of a Talker in our National Palaver; will not all the gods be good to me?” is one of the pleasantest.
    Thomas Carlyle
    Schots schrijver en historicus (1795 - 1881)
    - +
    +3
  • Friedrich Nietzsche De schoonheid van de Übermensch kwam tot mij als schaduw. Ach, mijn broeders! Wat gaan mij nog de goden aan!
    Origineel: Des Übermenschen Schönheit kam zu mir als Schatten. Ach, meine Brüder! Was gehen mich noch – die Götter an!
    Friedrich Nietzsche
    Duits dichter en filosoof (1844 - 1900)
    - +
    +3
  • Michel Butor Elk hoofd is een opslagplaats, waar beelden van goden en demonen slapen, van elke grootte en elke leeftijd, waarvan de inventaris nooit is opgemaakt.
    Origineel: Toute tête est un entrepôt, où dorment des statues de dieux et de démons de toute taille et de tout âge, dont l'inventaire n'est jamais dressé.
    Michel Butor
    Frans schrijver (1926 - 2016)
    - +
    +3
  • Seneca Prijs of veroordeel niemand te snel; verbeeld u steeds dat ge uw getuigenis uitspreekt ten overstaan van de goden.
    Seneca
    Romeins filosoof, staatsman en toneelschrijver (5 v. Chr. - 65)
    - +
    +3
  • Heraclitus Tegen de noodzakelijkheid vechten zelfs de goden vergeefs.
    Heraclitus
    Grieks filosoof (540 v. Chr. - 480 v. Chr.)
    - +
    +3
De beste persoons-goden citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 5)