Citaten uit De ira van Seneca

  • Aan de afgunst kun je ontkomen als je de kunst verstaat in stilte blij te zijn.
  • De beste manier om iets te leren is er les in te geven.
  • Hoe je over jezelf denkt is veel belangrijker dan hoe anderen over je denken.
  • Tegenslag is de beste gelegenheid om te tonen dan men karakter heeft.
  • Als er geen getuigen bij zijn, zijn slechts weinig mensen in staat tot goede daden.
  • Niet omdat de dingen moeilijk zijn, durven wij niet, maar omdat wij niet durven zijn de dingen moeilijk.
  • Wijsheid is een beetje minder treuren om het verleden, een beetje minder hopen op de toekomst, en een beetje meer het heden liefhebben.
  • Als de natuur niet meewerkt, is de arbeid vergeefs.
  • De dood eist alles op. Sterven is een wet, geen straf.
  • De taal weerspiegelt de ziel.
+7

Citaten 1 t/m 7 van 7.

  • De ondeugden van anderen hebben wij steeds voor ogen, die van onszelf achter ons.
    Origineel: Aliena vitia in oculis habemus, a tergo nostra sont.
    Bron: De ira
    Seneca
    - +
    +29
  • De grootste straf voor een bedreven onrecht is, het bedreven te hebben.
    Bron: De Ira 3, 26
    Seneca
    - +
    +2
  • De grootste tegenweer tegen toorn is uitstel.
    Bron: De ira
    Seneca
    - +
    +2
  • Geen verstandig mens straft, omdat er misdreven is, maar opdat er niet misdreven zal worden.
    Bron: De Ira I, 16,21
    Seneca
    - +
    +2
  • We hebben andermans gebreken voor ogen, de onze zijn achter ons.
    Origineel: Aliena vitia in oculis habemus, a tergo nostra sunt.
    Bron: De ira
    Seneca
    - +
    +2
  • Wraak is een bekentenis van smart.
    Bron: De Ira III, 5
    Seneca
    - +
    +2
  • Wraak is een onmenselijk woord.
    Bron: De Ira II, 31
    Seneca
    - +
    +2
De beste De ira van Seneca citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.

Over Seneca

Lucius Annaeus Seneca (circa 5 v.C. - 65 n.C. was een Romeinse filosoof van het stoïcisme, staatsman en toneelschrijver. Vaak wordt hij kortweg Seneca genoemd, soms Seneca de Jongere. Over het exacte geboortejaar van Seneca bestaat onduidelijkheid. De meeste bronnen geven waarden die variëren tussen 5 v. Chr en 1 v. Chr.

Seneca werd in Cordoba, Spanje geboren als de tweede zoon van Helvia en Marcus (Lucius) Annaeus Seneca, een rijke rhetor die ook wel Seneca de Oudere genoemd wordt. Seneca's oudere broer, Gallio, was proconsul in Achaia (waar hij de apostel Paulus ontmoette rond 52). Seneca was de oom van de dichter Lucanus, dankzij zijn jongere broer, Annaeus Mela. Op ongeveer 30-jarige leeftijd vestigde Seneca zich als advocaat en verwierf zich zo een aanzienlijk vermogen. Daarnaast wijdde hij zich aan de letterkunde, en de studie van de filosofie en de natuurwetenschappen [toen nog geen duidelijk gescheiden onderzoeksgebieden].

Na een periode als advocaat deed de politiek zijn intrede, hij werd quaestor en verwierf een zetel in de senaat.

In het jaar 65 werd Seneca beschuldigd van betrokkenheid bij een plot dat tot een moord op Nero moest leiden. Nero gebood hem zichzelf te doden, zonder een vorm van proces. Tacitus heeft beschreven hoe Seneca, in aanwezigheid van vrienden en zijn vrouw Pompeia Paulina, geheel stoïcijns een einde aan zijn leven maakte.