Citaten van Horatius

Horatius

Horatius

Romeins dichter

Leefde van: 65 v. Chr. - 8 v. Chr.

Categorie: Dichters (Hedendaags) Land: FlagRome

Citaten 111 t/m 120 van 178.

  • Zo ge wenst dat ik ween, toon u eerst zelf geroerd.
    Bron: Ars poetica 102
    Horatius
    - +
    +3
  • Zoet is de gunst van een machtig vriend, voor hem, die er geen ondervinding van heeft; wie er wel ondervinding van heeft, vreest zulke gunst.
    Bron: Epistulae I, 18, 86
    Horatius
    - +
    +3
  • Aan hoogstaande mannen te behagen is geen geringe lof.
    Origineel: Principibus placuisse viris non ultima laus est.
    Bron: Epistulae
    Horatius
    - +
    +2
  • Als de Grieken het nieuwe evenzeer gehaat hadden als wij, wat zou er dan oud zijn?
    Bron: Epoden 2, 1, 90
    Horatius
    - +
    +2
  • Bliksemstralen treffen de hoogste bergen.
    Bron: Oden 2, 20, 11
    Horatius
    - +
    +2
  • Dat plekje grond lacht mij boven alle andere toe.
    Origineel: Ille terrarum mihi praeter omnes angulus ridet.
    Bron: Oden 2
    Horatius
    - +
    +2
  • De ene dag drijft de andere voort.
    Bron: Oden I, 18, 15
    Horatius
    - +
    +2
  • De goeden haten de zonde uit liefde voor de deugd.
    Bron: Epistulae I, 16, 52
    Horatius
    - +
    +2
  • De kruik bewaart lang de geur van datgene waarmee zij eens, toen zij nog nieuw was, doortrokken is geweest.
    Horatius
    - +
    +2
  • Deze toegevendheid verlangen wij en betrachten wij ook van onze kant.
    Bron: Ars poetica II
    Horatius
    - +
    +2
De beste Horatius citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 12)

Over Horatius

Horatius werd geboren op 8 december 65 v.Chr. Zijn vader, Flaccus, was een vrijgelaten gemeenteslaaf in de Romeinse kolonie Venusia, zijn moeder is niet bekend, waarschijnlijk stierf ze bij of kort na zijn geboorte. Op zijn tiende ging hij met zijn vader naar Rome. Daar kreeg hij een uitstekende opvoeding.In 45 v.Chr. ging hij naar Athene, om zich er te verdiepen in de Griekse cultuur en de wijsbegeerte. Daar ontmoette hij Marcus Brutus, die pas Caesar had vermoord en daar jonge Romeinse soldaten aan het ronselen was voor de strijd tegen Octavianus en Antonius. Hij sloot zich bij hem aan en nam deel aan de veldslag bij Philippi in 42 v.Chr., die werd verloren. Dankzij amnestie kon hij naar Rome terugkeren, waar intussen zijn vader overleden was en zijn erf verbeurd verklaard was. Zijn literair talent werd snel opgemerkt, en rond 38 v.Chr. werd hij opgenomen in de literaire kring rond Maecenas. Deze schonk hem in 33 v.Chr. een landgoed in de Sabijnse bergen. Daar zou hij zich bijna voor de rest van zijn leven bezighouden met zijn poëzie. In 8 v.Chr. stierf Maecenas, en enkele maanden later, op 27 november 8 v.Chr. overleed Horatius ook. Hij werd begraven naast Maecenas en liet zijn bezittingen aan de keizer na.