Citaten van Jean de la Bruyère

Jean de la Bruyère

Jean de la Bruyère

Frans schrijver

Leefde van: 1645-1696

Categorie: Schrijvers (Hedendaags) | : Frankrijk

Citaten 61 t/m 70 van 117.

  • Wij koesteren jegens de aanzienlijken en jegens de hooggestelden een onvruchtbare naijver en een onmachtige haat, die ons geenszins schadeloos stelt voor hun voornaamheid en verhevenheid, en die alleen dan aan onze eigen ellende het ondraaglijk gewicht toevoegt van het geluk van anderen.
    Origineel: Nous avons pour les grands et pour les gens en place une jalousie stérile ou une haine impuissante, qui ne nous venge point de leur splendeur et de leur élévation, et qui ne fait qu'ajouter à notre propre misère le poids insupportable du bonheur d'autrui.
    Bron: Les Caractères (1688) Des grands, 51 (VI)
    ― Jean de la Bruyère
    - +
    +1
  • Zou men niet eens de kunst kunnen uitvinden, zich te laten beminnen door zijn eigen vrouw?
    Origineel: Ne pourrait-on point découvrir l'art de se faire aimer de sa femme?
    Bron: Les Caractères (1688) Des femmes
    ― Jean de la Bruyère
    - +
    +1
  • Al de slechte karakters waarvan de wereld vol is, niet te kunnen verdragen, is niet een erg beste karaktertrek: in het verkeer zijn zowel kleingeld als goudstukken nodig.
    Origineel: Ne pouvoir supporter tous les mauvais caractères dont le monde est plein n’est pas un fort bon caractère: il faut dans le commerce des pièces d’or et de la monnaie.
    Bron: Les Caractères (1688) Discours sur Théophraste, 37 (IV)
    ― Jean de La Bruyère
    - +
     0
  • Al te zeer bestudeerde deftigheid wordt belachelijk.
    Origineel: Une gravité trop étudiée devient comique.
    Bron: Les Caractères (1688) Des jugements 29 VI
    ― Jean de la Bruyère
    - +
     0
  • Alle geestigheid ter wereld is onnut voor hem, die er zelf geen heeft.
    Origineel: Tout l'esprit qui est au monde est inutile à celui qui n'en a point.
    Bron: Les Caractères (1688) De l'homme, 87 (IV)
    ― Jean de la Bruyère
    - +
     0
  • Bescheidenheid is voor verdienste, wat schaduwen zijn voor de figuren in een schilderij; zij geeft er kracht en reliëf aan.
    Origineel: La modestie est au mérite ce que les ombres sont aux figures dans un tableau: elle lui donne de la force et du relief.
    Bron: Les Caractères (1688) Du mérite personnel 17 (VIII)
    ― Jean de la Bruyère
    - +
     0
  • De aanzienlijken verachten de mensen van geest, die niets hebben dan hun geest; de mensen van geest minachten de aanzienlijken, die niets hebben dan hun voornaamheid.
    Origineel: Les grands dédaignent les gens d'esprit qui n'ont que de l'esprit ; les gens d'esprit méprisent les grands qui n'ont que de la grandeur.
    Bron: Les Caractères (1688) Des grands, 12 (I)
    ― Jean de la Bruyère
    - +
     0
  • De belangrijkste eigenschap van de redenaar is eerlijkheid. Zonder deze ontaardt hij tot declamator.
    Origineel: La principale partie de l'orateur, c'est la probité : sans elle il dégénère en déclamateur
    Bron: Les Caractères (1688) De quelques usages, 49 (IV)
    ― Jean de la Bruyère
    - +
     0
  • De fat staat tussen de brutale en de zot; hij is uit deze beiden samengesteld.
    Origineel: Le fat est entre l'impertinent et le sot, il est composé de l'un et de l'autre.
    Bron: Les Caractères (1688) Des jugements 46 (IV)
    ― Jean de la Bruyère
    - +
     0
  • De grootste dingen hoeven alleen maar eenvoudig gezegd te worden.
    Origineel: Les plus grandes choses n’ont besoin que d’être dites simplement.
    Bron: Les Caractères (1688) De la société et de la conversation, 77 (I)
    ― Jean de la Bruyère
    - +
     0
De beste Jean de la Bruyère citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 7)

Trefwoorden in deze citaten:

Vergelijkbare auteurs