Citaten van Simon Carmiggelt

Simon Carmiggelt

Simon Carmiggelt

Nederlands schrijver

Leefde van: 1913 - 1987

Categorie: Schrijvers (Nederlands) | Schrijvers (Hedendaags) Land: FlagNederland

Geboren: 7 oktober 1913 Gestorven: 30 november 1987

Citaten 41 t/m 50 van 97.

  • Sombere oude mannen zijn niet opbeurend, maar oprechter dan blijde oude mannen, die wel eens klinken of ze de verkeerde geluidsband hebben ingeslikt.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +21
  • Verliefdheid: een soort verheven koorts, die het bestaan plotseling zin geeft.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +21
  • Er bestaan cafés met zo een trage service dat het onmogelijk is er dronken te worden.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +20
  • Jarenlang heb ik barkeeper willen worden, want je kunt gepast meedrinken en op ogenblikken van berouw denken: 't Is me vak.
    Bron: Kroeglopen: een bloemlezing uit alle kroegverhalen (1977)
    Simon Carmiggelt
    - +
    +20
  • Alimentatie is huishoudgeld zonder rompslomp. Ik blijf het betreuren dat mannen er niet voor in aanmerking komen.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +19
  • Als ik de onderwerpen waarvan ik verstand heb, tel op de vingers van een hand, hou ik nog een stuk of drie vingers over.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +19
  • Koop iets dat compleet nutteloos is, dat is de leukste manier van geld uitgeven.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +19
  • Dat is een voordeel van reizen: het verruimt de blik en scherpt ons in, hoe verrukkelijk het thuis is.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +18
  • Idealisten roeien, zolang de geschiedenis wordt geschreven, mensen op monsterlijke schaal uit, want ze hebben een inspirerende droom voor ogen: een betere wereld.
    Bron: Ze doen maar
    Simon Carmiggelt
    - +
    +18
  • Over drinken wordt veel kwaad gesproken, maar het helpt wel even.
    Simon Carmiggelt
    - +
    +18
De beste Simon Carmiggelt citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 5)

Over Simon Carmiggelt

Simon Johannes Carmiggelt (Den Haag, 7 oktober 1913 – Amsterdam, 30 november 1987) was een Nederlandse schrijver, vooral bekend van zijn dagelijkse cursiefjes (Kronkels) in Het Parool en door zijn televisie-optredens. Carmiggelt groeide op in zijn geboortestad Den Haag, waar hij zich in de praktijk bekwaamde in het journalistenvak, aanvankelijk onbezoldigd. Eind 1931 werd hij aangenomen als journalist bij de Haagse editie van Het Volk, die de titel Vooruit voerde. Aan deze krant was ook Carmiggelts vier jaar oudere broer Jan verbonden. Carmiggelt schreef niet alleen toneelrecensies en verslagen van kleine rechtszaken, maar vanaf 1936 ook de rubriek Kleinigheden, die als voorloper van de latere Kronkels beschouwd kan worden. Op het eind van zijn leven ontwikkelde hij ouderdomsdiabetes, die hij niet naar behoren verzorgde, ook al vanwege het feit dat zijn snel blind wordende vrouw nogal wat verzorging nodig had. Mogelijk was het drankprobleem uit zijn verleden hier mede oorzaak van, hoewel Carmiggelt zich sinds 1978 van sterkedrank onthield. Zijn diabetes kreeg hij niet onder controle met als gevolg dat hij in de herfst van '87 in het ziekenhuis terechtkwam en de dag na zijn ontslag een hartinfarct kreeg. Na revalidatie in het Prinsengrachtziekenhuis kon hij weer naar huis, waar hij enkele weken later, in de laatste nacht van november, in zijn slaap aan een tweede infarct overleed.

Bron Wikipedia