Citaten uit Essays on Men and Manners van William Shenstone

Citaten 1 t/m 5 van 5.

• De hoop is een vleier, maar de oprechtste van alle parasieten; want zij bezoekt zowel de hut van de arme als het paleis van de rijke.

  Origineel: Hope is a flatterer but the most upright of all parasites for she frequents the poor man's hut as well as the palace of his superior.

  Essays on Men and Manners (1769)

  ― William Shenstone
  - +

  +29
• Een dwaas is royaal met zijn woorden, een genie met zijn geld.

  Origineel: A fool and his words are soon parted; a man of genius and his money.

  Essays on Men and Manners (1769)

  ― William Shenstone
  - +

  +1
• Een mislukt dichter wordt vaak een nijdig criticus. Slappe en smakeloze witte wijn wordt tenslotte voortreffelijke azijn.

  Origineel: A poet that fails in writing becomes often a morose critic. The weak and insipid white wine makes at length excellent vinegar.

  Essays on Men and Manners (1769) LX

  ― William Shenstone
  - +

  +1
• Elke goede dichter heeft in zich een criticus; het omgekeerde gaat niet op.

  Origineel: Every good poet includes a critic; the reverse will not hold.

  Essays on Men and Manners (1769) LXXIX

  ― William Shenstone
  - +

   0
• Iemand heeft over het algemeen zelf die goede of slechte eigenschappen die hij aan de mensheid toeschrijft.

  Origineel: A man has generally the good or ill qualities which he attributes to mankind.

  Essays on Men and Manners (1769)

  ― William Shenstone
  - +

   0