Citaten van Euripides

Euripides

Euripides

Grieks tragediedichter

Leefde van: 480 v. Chr. - 406 v. Chr.

Categorie: Dichters (Hedendaags) Land: FlagGriekenland

Citaten 61 t/m 70 van 84.

  • Dat is geen schande, wat noodzakelijk is.
    Euripides
    - +
     0
  • De zee spoelt alle menselijke leed weg.
    Bron: Iphigenie auf Tauris 1193
    Euripides
    - +
     0
  • Die zich met de meeste dingen bemoeit, begaat de meeste misslagen.
    Euripides
    - +
     0
  • Een man is zo als degene met wie hij graag omgaat.
    Bron: Phoenissae
    Euripides
    - +
     0
  • Eén man overziet niet alles.
    Bron: Phoenissae 745
    Euripides
    - +
     0
  • Een verstandig man laat zijn kinderen niet al te veel leren.
    Bron: Medeia 294
    Euripides
    - +
     0
  • Elk mens heeft een kinderziel.
    Bron: Andromache 418
    Euripides
    - +
     0
  • Geen mens is vrij.
    Bron: Hecuba 864
    Euripides
    - +
     0
  • Geestkracht verwerft men zich slechts ten koste van inspanningen.
    Bron: Heraclidae 625
    Euripides
    - +
     0
  • Gelukkig is hij die kennis heeft van de geschiedenis.
    Euripides
    - +
     0
De beste Euripides citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 7)

Over Euripides

Euripides (ca. 480 v.Chr. – 406 v.Chr.) was een van de drie grote Griekse tragediedichters, naast Sophokles, met wie hij persoonlijk bevriend was, en Aischylos.

Euripides' biografische gegevens zijn omstreden. Zijn levensloop, die ons is overgeleverd, is een combinatie van geruchten en verzinsels, die veelal aan Aristophanes' komedies zijn ontleend. Daarin werd vaak met Euripides de draak gestoken. Men heeft later ook getracht, waarschijnlijk bij gebrek aan gegevens, zijn persoonlijkheid uit zijn werken te destilleren.

Euripides werd op het eiland Salamis geboren, volgens de overlevering op de dag dat daar de beroemde zeeslag werd uitgevochten.
Dankzij de adellijke afkomst van zijn moeder kon Euripides een goede opleiding genieten. In zijn jeugd legde hij zich toe op de gymnastiek en schilderkunst, later werd hij een leerling van Anaxagoras en een toehoorder van Prodikos en Protagoras.

Hij verliet in 406 v.Chr., na de opvoering van zijn Orestes, Athene, en trok naar het hof van Archelaus, de koning van Macedonië. Het blijft onduidelijk waarom hij dat deed: om politieke redenen of teleurstelling omdat zijn werk miskend werd? Feit is dat hij dáár in 406 v.Chr. overleed, volgens biografen in zeer dramatische omstandigheden. Hij zou, verstrooid en in gepeins verzonken, zijn verscheurd door de loslopende waakhonden van de Macedonische koning.

Bron Wikipedia