Citaten van Tacitus

Tacitus

Tacitus

Romeins senator en geschiedschrijver

Leefde van: 56 - 117

Categorie: Politiek | Schrijvers (Hedendaags) Land: FlagRome

Citaten 21 t/m 30 van 45.

  • Hij kan geld wegsmijten, doch de kunst van te geven verstaat hij niet.
    Origineel: Perdere iste sciet, donare nesciet.
    Bron: Historiae 1, 30
    Tacitus
    - +
    +3
  • Men kon eer zeggen dat de oorlog had opgehouden dan dat er vrede was gekomen.
    Bron: Historiae 4, 1
    Tacitus
    - +
    +3
  • Men moet goede keizers wensen maar anders hen nemen zoals ze zijn.
    Tacitus
    - +
    +3
  • Misdrijven winnen aan kracht door overijling, goede plannen door de tijd.
    Bron: Historiae 1, 32
    Tacitus
    - +
    +3
  • Op een afstand bekeken, is alles mooi.
    Tacitus
    - +
    +3
  • Te grote macht is nooit veilig.
    Tacitus
    - +
    +3
  • Vleierij is het ergste vergif voor ware genegenheid.
    Bron: Historiae I, 15
    Tacitus
    - +
    +3
  • Angst is een zwakke band. Wordt hij verbroken, dan beginnen zij te haten, die ophielden te vrezen.
    Bron: Agricola 32
    Tacitus
    - +
    +2
  • De ervaring leert, dat uitstekende wetten, goede daden bij goede mensen, voortkomen uit de misdrijven van anderen.
    Bron: Annales 15, 20
    Tacitus
    - +
    +2
  • De faam vergist zich niet altijd, soms weet zij de rechte man te vinden.
    Bron: De vita et moribus Iulii Agricolae 9
    Tacitus
    - +
    +2
De beste Tacitus citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net. (pagina 3)

Over Tacitus

Publius Cornelius Tacitus (ca. 56-117) was een Romeins consul, historicus, schrijver en redenaar. Hij wordt vaak gezien als de grootste historicus van Rome, van het Romeinse Rijk. Tacitus' sympathie ging duidelijk uit naar een republikeinse staatsvorm, eerder dan naar de willekeur van sommige keizers.
Opmerkelijk is echter dat zijn veelzijdigheid en complexiteit het toelieten dat latere denkers met tegengestelde politieke opvattingen Tacitus aanhaalden om hun standpunt kracht bij te zetten. Hij schrijft over keizers en machthebbers met evenveel vanzelfsprekendheid als over personen van minder belang en geeft daarmee inzicht in het leven van zijn tijd.

Tacitus had een sterke afkeer van tirannie, na zelf de periode onder Domitianus te hebben meegemaakt. In veel van zijn werken lijkt de onderliggende vraag waarom het principatus van Augustus (63 v.Chr.-14 n.Chr.) is overgegaan naar de tirannie van het dominatio van keizers als Tiberius (42 v.Chr.-37 n.Chr.) tot Domitianus. Ondanks zijn sterke afkeer van tirannie, sprak hij niet van een recht van opstand en riep hij niet op tot verzet, maar gaf de voorkeur aan het wachten op betere tijden, zoals voor hem aanbraken onder de keizers Nerva en Trajanus.

Bron Wikipedia