Citaten 1 t/m 9 van 9.
-
Een ander heeft altijt de schult. Geen mensch en siet z'n eigen bult.
-
Een die wel leven wil, die moet eerst leeren sterven. Een die gedurig sterft en is geen onwijs mensch! Want hij krijgt op het lest zijn vollen hertenwensch.
-
De schade leer'den mensch, die traegh tot deught kan wennen.
Leeuwendalers (1648) 766 -
Geen onbeschaemder dier dan een ondanckbaer mensch.
-
O, spreek niet over een noodlot. Noodlot is een woord. Ieder mensch maakt zijn eigen noodlot. Je bent te zwak om jezelve het te maken. Laat mij je noodlot maken.
Eline Vere (1888) h.33 -
De mensch, te bros van stof, magh qualijck tegens weelde, en al te groot een lof.
Salomon (1648) 25 -
De geslachtelijke begeerte der vrouw is van nature aandoenlijke begeerte om begeerd te worden en de zetel dier begeerte een orgaan van lijdelijke gevoeligheid; zoo is de vrouw de ‘zenuwachtige’ mensch.
-
De min eischt niemant half, maer den geheelen mensch.
Joseph in Egypte 729 -
Luchthartige menschen zijn kinderlijke menschen, en betrekkelijk luchthartig of kinderlijk is blijvend de vrouwelijke mensch, die zoo den man - tot tróóst kan zijn.
De beste mensch citaten, wijsheden, quotes en uitspraken vindt u nu al ruim 20 jaar op citaten.net.